Energie: ieder paard heeft het nodig om te kunnen functioneren en presteren. Maar er is meer als we het hebben over energie. De verbinding tussen jou en je paard, dat is toch ook energie? Bij Cavalor zien we energie altijd als combinatie van temperament én de energie die een paard nodig heeft voor onderhoud en prestatie. Hoe je de energiebehoeften bepaalt door te kijken naar deze kenmerken (temperament en prestatie), dat lees je in deze ScienceSunday.
Wanneer we de vraag krijgen over het energieniveau van een paard dan is het goed om eerst het een en ander af te stemmen. Praten we over het temperament van een paard? Is hij bomproof, kalm of juist heel sensibel? Het temperament van een paard wordt beïnvloed door het ras, de leeftijd, maar dit kan ook gedeeltelijk beïnvloed worden door voeding. Of hebben we het over de energievoorziening? Dan hebben we het over de behoefte aan energiebronnen om metabolische processen aan te sturen.
Energiebehoefte van een paard bepalen
Om te functioneren en te presteren heeft een paard, net als wij, energie nodig. De basisenergiebehoefte van een paard hangt af van 4 factoren:
- Ras
- Leeftijd
- Het lichaamsgewicht
- De conditie van het paard
Dit noemen we ook wel de onderhoudsbehoefte en hiermee vervult het paard alle lichaamsfuncties. Wist je dat ook het temperament invloed heeft op de energiebehoefte? Een nerveus paard verbruikt meer energie dan een rustig paard en heeft daarom ook een hogere behoefte aan energie.
Extra energie
Naast de onderhoudsbehoefte hebben sommige paarden extra energie nodig voor het werk dat ze moeten verrichten. Deze energiebehoefte wordt bepaald door het type inspanning en de duur. Het gebeurt vaak dat ruiters denken dat hun paard heel intensief getraind wordt, maar vaak valt dit voor het paard wel mee.
Ieder paard is uniek
Bij Cavalor zijn we van mening dat je de energiebehoefte niet alleen bepalen door enkel naar het type inspanning en duur te kijken. Het karakter van het paard heeft een enorme invloed, maar laat zich nog niet zo makkelijk omvatten met een wetenschappelijke berekening. Mede dat maakt het bepalen van het ideale rantsoen ook uitdagend. We zeggen niet voor niets: ieder paard is anders. Ieder paard heeft andere behoeften en dus voer je ook je eigen paard naar zijn behoeften. Door de juiste keuzes te maken haal je het beste in het paard naar boven.
Wat met speciale behoeften?
Veel paarden hebben speciale behoeften. Kijk maar naar paarden die gevoelig zijn voor maag- en darmaandoeningen, zij hebben belang bij (extra) veel vezels. Of paarden die van zichzelf wat gestrest zijn en wel wat ontspanning kunnen gebruiken. Paarden met overgewicht, ondergewicht. En natuurlijk voer je een oud paard ook weer heel anders dan een jong paard. Door een goede berekening van het rantsoen te maken en daarbij de speciale behoeften van jouw paard mee te nemen kom je op een perfect menu.
Type spiervezels hebben invloed
Je kunt je voorstellen dat voor de verschillende disciplines, verschillende soorten energie nodig is. Een springpaard moet een korte krachtprestatie leveren waarbij een dressuurpaard langere tijd moet presteren. Voor een korte, krachtige prestatie bewegen de spieren precies zo: kort en snel. Bij een langdurige prestatie bewegen de spieren minder snel maar houden paarden dit wel lang vol. Bij iedere inspanning worden beide spierinspanningen gebruikt en afhankelijk van de oefening is dit meer snelle of langzame spierspanning. We maken onderscheid in: trage spiervezels (type I) en snelle spiervezels (type II).
Type I spiervezels
De trage type I spiervezels trekken minder snel samen. Zij zijn verantwoordelijk voor duurinspanning. Het paard dat genetisch over meer type I vezels beschikt is bijzonder goed geschikt voor langere en egale inspanning. Niet alleen doen de spiervezels iets anders, ze hebben ook een andere energiebron. Type I vezels gebruiken voornamelijk vet of glycogeen als energiebron.
Type II spiervezels
Dit type spiervezels zijn krachtig en trekken snel samen. Zij zijn verantwoordelijk voor de explosiviteit en kracht. Een paard dat van nature een groot aantal type II spiervezels heeft is beter geschikt voor snelle en explosievere inspanningen. Type 2 gebruikt glycogeen en glucose (suiker en zetmeel). Dat betekent dus niet dat een springpaard andere nutriënten nodig heeft dan een dressuurpaard, maar de balans in nutriënten is wel anders.
Hoe kies je de juiste energiebron voor je paard? In deze video vertellen we je meer over het verschil tussen spiervezels:
Vitaminen & mineralen: belangrijke partners
Mineralen en vitaminen spelen geen rol in de energievoorziening, toch zijn het belangrijke ingrediënten. Ze zorgen namelijk voor het vervoer van energie en houden het energiemetabolisme werkend. Elektrolyten (mineralen) zorgen voor de waterbalans in het paardenlichaam en voorkomen spierkrampen. Wist je dat vitamines en mineralen onmisbaar zijn in een evenwichtig rantsoen? Zij bepalen bijvoorbeeld zelfs de ideale dosering van krachtvoer. Ze houden het lichaam als het ware draaiende.
Niet alleen de hoeveelheid mineralen is van belang. Nog belangrijker is dat de paarden verschillende mineralen in de correcte balans opnemen. De balans zorgt er voor dat alle lichaamsfuncties goed kunnen functioneren. Een teveel aan één bepaald mineraal zoals fosfor kan bijvoorbeeld de absorptie van een ander mineraal, calcium bijvoorbeeld, verstoren en op die manier voor tekorten en problemen zorgen.
Een speciale rol voor B-vitaminen
We willen ook nog even B-vitaminen uitlichten, want in het kader van sportprestaties is dit een belangrijke ‘tool’. B-vitaminen zijn onmisbaar als het gaat om energievoorziening tijdens prestaties. Ze dienen als katalysator van de stofwisseling van eiwitten, vetten en koolhydraten. Je moet het zien als volgt: een cel moet voedingstoffen opnemen om deze uiteindelijk om te zetten tot brandstof. Tussen het opnemen en omzetten tot brandstof zit een chemisch proces waarbij de B-vitaminen de drijvende kracht zijn van het dit proces. Zonder B-vitaminen kan dit proces niet plaats vinden en kan het paard belangrijke voedingstoffen dus niet omzetten tot brandstof. In eerste instantie zorgt een gezonde dikke darm voor de productie van B-vitamines. Voor sportpaarden moeten extra B-vitamines via de voeding aangereikt worden.
Advies van onze nutrionisten: feed as you need
We kunnen het niet vaak genoeg herhalen: feed as you need. Stem de voeding af op de behoeften van jouw paard. Water en ruwvoer zijn daarbij de basis en vul aan met krachtoer, een balancer of supplementen – indien nodig. Zorg voor een uitgebalanceerd rantsoen dat de volledige behoefte dekt. Alles moet in voldoende mate en in de juiste verhouding voorhanden zijn.
En wij begrijpen ook: het is niet altijd eenvoudig om de juiste voeding te bepalen voor jouw paard. Om je hierbij te helpen ontwikkelden wij twee tools:
MyCavalor.com: een eenvoudige tool waarbij je in enkele stappen kunt zien welke voeding bij jouw paard past.
FRASC.eu: deze tool is een stapje uitgebreider dan MyCavalor.com. Met FRASC kun je op basis van de berekende behoefte een rantsoen op maat gaan samenstellen. In FRASC zijn heel wat grondstoffen voorhanden en je kan bovendien ook je eigen grondstoffen toevoegen.